Tamara van Ark

Kamerbrief met kansen

7 september stuurde Staatssecretaris Tamara van Ark een brief naar de kamer betreffende “breed offensief om meer mensen met een beperking aan werk te helpen”. Hiermee verraste zij iedereen. Deze brief biedt veel kansen, voor werkzoekenden, mensen uit de participatiewet en werkgevers. Met haar gedurfde besluit liet ze zien te luisteren naar alle partijen  en te doen wat goed is.

Het maakt echter ook dat er voor het najaar veel moet gebeuren om de uitwerking van de plannen vorm te geven. Haar brief laat nog veel ruimte voor de invulling en daarmee voor samenwerking. En daar ligt de kans om de uitgewisselde kennis en ervaring van het afgelopen half jaar in te brengen. In dit stuk delen we de visie van Asito hierop.

Loonkostensubsidie

Allereerst uit de kamerbrief; “Het bestaande instrument loonkostensubsidie wordt verbeterd en vereenvoudigd.”

Afgelopen half jaar hebben gemeenten, werkgevers, ministerie en VNG aan één van de praktijktafels uitgebreid gesproken over een regeling met een open perspectief. Een journey, niet vanuit de loonkostensubsidie of de loondispensatie geredeneerd maar vanuit het niets om te kijken wat er rondom een medewerker met een arbeidsbeperking gebeurt en hoe we dit beter op elkaar af kunnen stemmen.

Belangrijke punten die hieruit naar voren kwamen:

  • Alle inkomensregelingen voor mensen uit verschillende doelgroepen in één regeling onderbrengen voor de werkgevers.
  • Eenduidigheid over bewijslast die de werkgever maandelijks moet aanleveren (in plaats van verschillend per gemeente).
  • Eenduidigheid over de betaaltermijn (die nu varieert van een voorschot tot betaling na 8 maanden).
  • Minder complexiteit bij ziekmelding of de no risk op een andere manier invullen(vereenvoudiging voor zowel voor werkgevers als gemeenten).
  • Eén wijze van loonwaardebepaling (ook via de praktijkroute).
  • Tussentijdse instroom in de doelgroep mogelijk maken.
  • Toegankelijkheid Loon Kosten Voordeel regeling.
  • Inzet instrumenten bij Niet Uitkerings-Gerechtigden.
  • Meer flexibiliteit bij interne jobcoaching.

Wie behoort tot de doelgroep en wie zit er in de doelgroep?

Ook in dit kader kwam aan de orde dat veel gemeenten nog niet het hele bestand participatiewet inzichtelijk hebben. Wij maken nu nog mee dat we mensen aannemen (die zelfstandig solliciteren)maar waarvan binnen de contractduur blijkt dat ze meer begeleiding nodig hebben, de kwaliteit of de productiviteit niet halen die wij van reguliere medewerkers verwachten. Van deze medewerkers nemen we dan na het contract weer afscheid waarna ze zich weer melden bij de gemeente of UWV.

Bij een aantal van hen wordt dan de conclusie getrokken dat er sprake is van een arbeidsbeperking. Helaas moest daar eerst een negatieve ervaring aan ten grondslag liggen. Een proces ontwikkelen waarbij een werkgever aan de bel kan trekken waardoor gedurende de contractduur al gekeken wordt naar de daadwerkelijke mogelijkheden van de medewerker zou deze negatieve ervaring tegen kunnen gaan.

Daarnaast zijn er nog steeds meer vacatures voor mensen met een arbeidsbeperking dan het aanbod. Nog regelmatig wordt er “nee” door gemeenten en UWV verkocht. Ook bij (bijna) fulltime banen.

SW als ontwikkelbedrijf

De discussie over de rol van SW bedrijven laait weer op. De SW als ontwikkelbedrijf complementair aan de markt of toch weer een “concurrent” van de markt.

Hier ligt een mooie kans voor de bestaande SW structuren. De kennis en ervaring in het werkfit maken en bieden van begeleiding is onmisbaar voor deze groep. Ook haar rol als kenniscentrum is een noodzakelijke toevoeging voor de doelgroep en de markt. Voor de brede doelgroep uit de participatiewet wel te verstaan want ook statushouders, mensen die langdurig in de bijstand zitten of die te maken hebben met taalachterstand of analfabetisme hebben ondersteuning nodig.

Maar zodra ze arbeidsmarktfit zijn kunnen ze doorstromen naar de reguliere arbeidsmarkt (mits er geen sprake is van beschut werk). We moeten voorkomen dat de SW bedrijven weer werkgever gaan worden en met publiek geld overeind worden gehouden terwijl de ontwikkelingen in de markt nog in volle gang zijn.

Er zijn afgelopen jaren partijen geweest die zich toegelegd hebben op het uitzenden en detacheren van mensen met een arbeidsbeperking. Belangrijk voor bedrijven die het nog te omslachtig of risicovol vinden om mensen met een arbeidsbeperking zelf in dienst te nemen. Deze bedrijven hebben een goede naam in de markt opgebouwd en zorgen voor optimale begeleiding, zekerheid en ontwikkeling van talent.

Werken moet lonen

Werken moet lonen. In de brief van de staatssecretaris aan de kamer staat alleen iets over werken moet lonen voor mensen met een arbeidsbeperking. Maar ook voor medewerkers die niet tot de doelgroep behoren moet werken lonen. De staatssecretaris meldt in haar brief dat werken vanaf het eerste uur moet lonen voor mensen uit de doelgroep.

We hebben al veel gesproken over de noodzaak dit voor iedereen uit de participatiewet te laten gelden maar wat de staatssecretaris daarmee wil is nog onduidelijk. Veel medewerkers in o.a. de schoonmaakbranche beginnen met parttime banen. Maar doordat er bij parttime werken aangevuld wordt tot bijstandsniveau, en men maar een afgebakende periode daar bovenop mag verdienen,  sluit dit een grote groep buiten die een bijdrage kan leveren maar dit nu niet doet. Wij hopen dan ook dat de staatssecretaris dit in een breder perspectief oppakt.

Inkoop van diensten en quotumwet

De motie van de coalitiepartijen met betrekking tot de quotumwet is een goede stap om verdere verjuridisering tegen te gaan.

Op het gebied van samenwerking tussen publiek en privaat zijn stappen gezet om gezamenlijk meer banen te creëren voor een mensen met een arbeidsbeperking én uit andere doelgroepen. Partnerschap is daarbij een belangrijke voorwaarde. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties is samen met de Normaalste Zaak een praktijktafel gestart die nu in de fase verkeert van proeftuinen in de schoonmaak, catering en groenvoorziening.

In deze proeftuinen wordt samen met opdrachtgevers gekeken naar het creëren van volwaardige banen voor mensen met een arbeidsbeperking. Niet uit vanuit een contractuele verplichting maar vanuit een morele waarde.

Sociale inkoop

De inkoop van diensten moet niet verward worden met sociale inkoop. Veel inclusieve organisaties bieden werk aan medewerkers uit kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt. Maar ook het zittende personeel in de praktijkgerichte beroepen loopt een risico. Zij zijn vaak kwetsbare medewerkers die moeilijk aan een andere baan komen als zij plaats moeten maken voor medewerkers uit de doelgroep. Ook naar hen voelen wij een grote verantwoordelijkheid.

De  bescherming van onze medewerkers die zonder hun vaste baan in de schoonmaak geen andere kansen hebben op de arbeidsmarkt. Het in dienst nemen van mensen met een arbeidsbeperking is relatief makkelijk, maar het in dienst houden van mensen die anders wellicht in de doelgroep instromen zien wij als minimaal net zo belangrijk.

Samenwerking

Werkgevers roepen al vanaf het begin van de loonkostensubsidie dat de uitvoering van deze regeling anders georganiseerd kan en moet worden. Er zijn stappen gezet om dit te bereiken in samenwerking met de Normaalste Zaak en diverse ministeries. Gemeenten, ministeries en werkgevers zijn veelvuldig met elkaar in gesprek. Een mooi resultaat van de afgelopen periode van beroering.

Gebruik de kennis en de dynamiek om echt meer banen te creëren voor mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt. De samenwerking en het vertrouwen is er al, gebruik het!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Twitter
LinkedIn